USG Restart - Tijd voor jouw volgende stap

maandag, 05 januari 2015

Terug naar overzicht

Terugkoppeling Rondetafel Poortwachter van OVAL en UWV op 12 december 2014

Terugkoppeling Rondetafel Poortwachter van OVAL en UWV op 12 december 2014


Eerder dit jaar heeft OVAL, naar aanleiding van signalen dat UWV meer loonsancties is gaan opleggen, een inventarisatie gemaakt van de waarnemingen van leden. Met deze informatie is het gesprek gestart met UWV. Dat heeft geresulteerd in de rondetafel die op 12 december is gehouden. Aanwezig waren zo’n 10 personen vanuit OVAL en 5 vanuit UWV. Ron van der Mijn van UWV startte de bijeenkomst met het toelichten van feiten en cijfers en de context van uit Wet en regelgeving.

UWV start de toets op voldoende re-integratie inspanningen binnen de grenzen van het redelijke met een beoordeling van het re-integratie resultaat en eindigt met de vraag of er reparatiemogelijkheden zijn voor geconstateerde tekortkomingen in de eerste twee jaar van ziekteverzuim.

De regeling is (ondanks de beleving daarover) niet punitief maar reparatoir. In cases waarin doorlopend onvoldoende re-integratie inspanningen zijn verricht maar in het 3e jaar geen mogelijkheden zijn om te repareren wordt geen loonsanctie opgelegd.

Uit de cijfers blijft dat in 2012 veel meer loonsancties zijn opgelegd dan in 2011, maar dat in de jaren daarna geen grote schommelingen te zien zijn geweest. Het percentage loonsancties ligt nu op ongeveer 18%, terwijl UWV inschat dat er tussen 20 en 25% loonsancties opgelegd kunnen, dan wel opgelegd zouden moeten worden. Het ten onrechte NIET opleggen van loonsancties door UWV doet niet alleen afbreuk aan de re-integratie kansen van de werknemer met rechtspositionele consequenties (ontslag) maar leidt ook toenemend tot een claim van werknemers tot schadevergoeding door UWV van 10 maandsalarissen. Uiteindelijk zou vanwege de leercurve bij werkgever, het percentage loonsancties moeten dalen. Loonsancties zijn geen doel maar een middel. Overigens is er naar verwachting bij kleine werkgevers geen leercurve vanwege de lage frequentie.

Alle loonsancties die worden opgelegd gaan via de landelijke loonsanctiecommissie (LLC) van UWV, ingesteld op aanwijzing stuurgroep poortwachter. Dit om te borgen dat er landelijke kwalitatieve uniformiteit is bij het opleggen van loonsancties. Sommige grote werkgevers melden nog wel dat in de ene regio minder loonsancties worden voorgesteld dan in de andere. Omgekeerd betekent dit dat in de ene regio meer werknemers geconfronteerd werden met rechtspositionele consequenties dan in andere (ergo, meer ontslagen dan in andere). UWV heeft in 2011 aandacht gegeven aan het versmallen van deze bandbreedte in het reguliere kwaliteitsborgingproces waarmee deels het gestegen gemiddelde van opgelegde loonsancties is verklaard.

In 2015 wordt het proces en de communicatie door UWV nog eens onder de loep genomen. Zo wordt de RIV-werkwijzer (een intern stuk hoe in de praktijk om te gaan met de RIV toets op grond van het beoordelingskader dat dit jaar ook op de UWV site is geplaatst) geactualiseerd en in de loop van 2015 gepubliceerd op www.uwv.nl.

In de rondetafel is ook gesproken over het GBM (geen Benutbare Mogelijkheden). Het hanteren van deze terminologie uit het schattingsbesluit levert een probleem op voor re-integratie 2e spoor. Hierover zal nog gesproken worden in de Paradigmawerkgroep van het ministerie van SZW, waarin zowel OVAL als UWV zijn vertegenwoordigd. Om een en ander te verbeteren hebben ArboUnie, Arboned en OVAL met UWV gezamenlijk een inzetbaarheidsprofiel (IZP) ontwikkeld voor verzuimbegeleiding en re-integratie in de eerste twee jaar. Dit moet nog door NVAB en NVVG worden geaccordeerd waarna het door UWV in beheer genomen wordt en gepubliceerd. Het IZP voldoet aan het gestelde in het beoordelingskader.

Bespreking van de notitie ‘uitgebreide inventarisatie stand van zaken loonsancties UWV’ leverde de volgende discussiepunten op: Het ‘kritiekloos volgen van de arbodienst’ is wat sommigen betreft een onjuiste grond voor loonsanctie. Vanwege de Wet Bescherming Persoonsgegevens heeft de werkgever de ziektegegevens niet en is de werkgever niet in staat om kritisch inhoudelijk de arbodienst te volgen. Een verwant probleem is dat de bedrijfsarts en de verzekeringsarts verschil in opvatting hebben. Dat zou niet moeten kunnen. Het zou eenvoudiger zijn als ‘soortgelijke’ professionals de beoordeling zouden doen, maar zo niet ,dan moeten de professionals in elk geval beter samenwerken. In eerste instantie door het vragen van aanvullende argumentatie op papier, uiteindelijk door telefonisch te overleggen. Zo is ook in de Paradigmawerkgroep afgesproken. Dit voorstel zou nog nader geoperationaliseerd moeten worden. Over het moment van overleg is nog discussie. Volgens UWV is tussentijds overleg niet de rol van UWV. Die moet slechts toetsen. Overleg in dat stadium is wel nuttig en nodig. Er moet sprake zijn voor hoor-wederhoor en dat moet verbeteren, ook in de rapportages. Daarbij moet wel de privacywetgeving in de gaten worden gehouden, want soms zit het op het randje.

Het lijkt wel of iedere schakel in de keten bang is voor de loonsancties en zich probeert in te dekken. Het zou beter zijn als samen geleerd wordt om het proces te verbeteren en te versoepelen. Overigens is het idee dat het sanctiesysteem op zich wel werkt, maar de dialoog tussen professionals verdient verbetering. Hiervoor moeten de afspraken over hoor-wederhoor en verbetering van argumentatie worden verhelderd. Zo zou ook de mogelijkheid van overleg met de arbeidsdeskundigen in de RIV-werkwijzer (is wens OVAL) moeten worden opgenomen. Ook tussentijds overleg om bijvoorbeeld een bezwaar voor te zijn, is toegestaan en mogelijk. Daar zou ook beter gebruikt van gemaakt worden.

Er wordt geconcludeerd dat de werkgevers bang zijn voor de Wet Verbetering Poortwachter. De dialoog tussen UWV en werkgevers en tussen UWV en dienstverleners is essentieel. UWV is ook bezig om meer voorlichting te geven aan werkgevers.

Bron: Oval
annuleren X

Inloggen

Inloggen Aanmelden Wachtwoord vergeten

Gemarkeerde velden zijn verplicht om in te vullen.